onderlijnt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·lijnt

Werkwoord

vervoeging van
onderlijnen

onderlijnt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderlijnen
    • Jij onderlijnt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderlijnen
    • Hij onderlijnt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van onderlijnen
    • Onderlijnt!