onderbetaalt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- on·der·be·taalt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
onderbetalen |
onderbetaalt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderbetalen
- Jij onderbetaalt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderbetalen
- Hij onderbetaalt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van onderbetalen
- Onderbetaalt!