normalt
Deens
Woordafbreking
- nor·malt
Naar frequentie | 946 |
---|
Bijvoeglijk naamwoord
normalt, o
- onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van normal
Noors
Woordafbreking
- nor·malt
Naar frequentie | 1491 |
---|
Bijvoeglijk naamwoord
normalt, o
- onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van normal
Nynorsk
Woordafbreking
- nor·malt
Bijvoeglijk naamwoord
normalt, o
- onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van normal