negeerden
Uiterlijk
- ne·geer·den
vervoeging van |
---|
negeren |
negeerden
- meervoud verleden tijd van negeren
- Wij negeerden.
- Jullie negeerden.
- Zij negeerden.
- Wij negeerden.
- Het woord negeerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.