miskijkt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mis·kijkt

Werkwoord

vervoeging van
miskijken

miskijkt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van miskijken
    • ... dat jij miskijkt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van miskijken
    • ... dat hij miskijkt. 
vervoeging van
miskijken

miskijkt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van miskijken
    • Jij miskijkt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van miskijken
    • Hij miskijkt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van miskijken
    • Miskijkt! 

Gangbaarheid