meezwem
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mee·zwem
Werkwoord
vervoeging van |
---|
meezwemmen |
meezwem
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meezwemmen
- ... dat ik meezwem.
Gangbaarheid
- Het woord meezwem staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.