meeverzekerden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mee·ver·ze·ker·den

Werkwoord

vervoeging van
meeverzekeren

meeverzekerden

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van meeverzekeren
    • ...dat wij meeverzekerden. 
    • ...dat jullie meeverzekerden. 
    • ...dat zij meeverzekerden. 

Gangbaarheid