meedenkt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mee·denkt

Werkwoord

vervoeging van
meedenken

meedenkt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meedenken
    • ... dat jij meedenkt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meedenken
    • ... dat hij meedenkt.