mediteerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: mediteerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- me·di·teer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
mediteren |
mediteerde
- enkelvoud verleden tijd van mediteren
- Ik mediteerde.
- Jij mediteerde.
- Hij, zij, het mediteerde.
- Ik mediteerde.