kwadreert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kwa·dreert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
kwadreren |
kwadreert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwadreren
- Jij kwadreert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwadreren
- Hij kwadreert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van kwadreren
- Kwadreert!
Gangbaarheid
- Het woord kwadreert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.