kopím
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /kɔpiːm/
Woordafbreking
- ko·pím
Zelfstandig naamwoord
kopím
- instrumentalis enkelvoud van kopí
- datief meervoud van kopí
Werkwoord
kopím
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord kopit