kom bijeen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kom bij·een
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
bijeenkomen

kom bijeen

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijeenkomen
    • Ik kom bijeen. 
  2. gebiedende wijs van bijeenkomen
    • Kom bijeen! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijeenkomen
    • Kom je bijeen? 


Gangbaarheid