koffietaartjes
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: koffietaartjes (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkɔfiˌtarcəs / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- kof·fie·taart·jes
Woordherkomst en -opbouw
- koffietaartje met uitgang -s
Zelfstandig naamwoord
de koffietaartjes mv
- verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord koffietaart
- ▸ De volgende ochtend kopen we alvast koffietaartjes bij een goede bakker in Leiden.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'koffietaartjes' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie Kees Swart“Alternatieve Pinkstertocht 2020” (juni 2020) op keesswart.nl