kliert
Uiterlijk
- kliert
vervoeging van |
---|
klieren |
kliert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van klieren
- Jij kliert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van klieren
- Hij kliert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van klieren
- Kliert!
- Het woord kliert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.