kennismaakt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kennismaakt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ken·nis·maakt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
kennismaken |
kennismaakt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kennismaken
- ... dat jij kennismaakt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kennismaken
- ... dat hij kennismaakt.