karaookt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ka·ra·ookt

Werkwoord

vervoeging van
karaoken

karaookt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van karaoken
    • Jij karaookt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van karaoken
    • Hij karaookt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van karaoken
    • Karaookt! 

Gangbaarheid