kaltstelt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kalt·stelt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
kaltstellen |
kaltstelt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kaltstellen
- ... dat jij kaltstelt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kaltstellen
- ... dat hij kaltstelt.
Gangbaarheid
- Het woord kaltstelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.