instuurden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: instuurden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·stuur·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
insturen |
instuurden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van insturen
- ...dat wij instuurden.
- ...dat jullie instuurden.
- ...dat zij instuurden.
- ...dat wij instuurden.