injaag
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·jaag
Werkwoord
vervoeging van |
---|
injagen |
injaag
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van injagen
- ... dat ik injaag.
Gangbaarheid
- Het woord 'injaag' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.