inhibeerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: inhibeerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·hi·beer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
inhiberen |
inhibeerde
- enkelvoud verleden tijd van inhiberen
- Ik inhibeerde.
- Jij inhibeerde.
- Hij, zij, het inhibeerde.
- Ik inhibeerde.