inbusboutje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: inbusboutje (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·bus·bout·je
Zelfstandig naamwoord
het inbusboutje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord inbusbout
Gangbaarheid
- Het woord inbusboutje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.