illegalen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • il·le·ga·len

Zelfstandig naamwoord

de illegalenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord illegaal
     De illegalen komen uit het dorpje Nieuw Koffiekamp, niet ver van de goudmijn. Ze vinden dat ook zij recht hebben om te mijnen in het concessiegebied van Iamgold. De leiding van bedrijf heeft nog niet op de onrust in het gebied gereageerd.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 10 april 2023 Weblink bron
    Harmen Boerboom
    “Dode bij rellen met illegale goudzoekers bij Surinaamse goudmijn” (Maandag 29 juli 2019, 20:20), NOS