hinkepinkte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: hinkepinkte (hulp, bestand)
Woordafbreking
- hin·ke·pink·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
hinkepinken |
hinkepinkte
- enkelvoud verleden tijd van hinkepinken
- Ik hinkepinkte.
- Jij hinkepinkte.
- Hij, zij, het hinkepinkte.
- Ik hinkepinkte.