herwaardeert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- her·waar·deert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
herwaarderen |
herwaardeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herwaarderen
- Jij herwaardeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herwaarderen
- Hij herwaardeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van herwaarderen
- Herwaardeert!