heroverweegt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- her·over·weegt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
heroverwegen |
heroverweegt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van heroverwegen
- Jij heroverweegt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van heroverwegen
- Hij heroverweegt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van heroverwegen
- Heroverweegt!