heropbouwden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- her·op·bouw·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
heropbouwen |
heropbouwden
- meervoud verleden tijd van heropbouwen
- Wij heropbouwden.
- Jullie heropbouwden.
- Zij heropbouwden.
- Wij heropbouwden.
vervoeging van |
---|
heropbouwen |
heropbouwden