hemiparesen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: hemiparesen (hulp, bestand)
- IPA: / ˌhemipaˈresəə(n) / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
- he·mi·pa·re·sen
Woordherkomst en -opbouw
- hemiparese met uitgang -en
Zelfstandig naamwoord
de hemiparesen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord hemiparese
- De patiënt presenteert zich met spraakstoornissen en vluchtige hemiparesen, soms gecombineerd met sensibiliteitsstoornissen in de arm, been of gelaat. [1]
Gangbaarheid
- Het woord 'hemiparesen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Lisdonk, E.H. van deZiekten in de huisartspraktijk 6e druk (2016) Bohn Stafleu van Loghum, Houten; ISBN 9789036816380; p. 196; geraadpleegd 2018-03-17