haaroprichters
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: haaroprichters (hulp, bestand)
- IPA: / ˈharoprɪxtərs / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- haar·op·rich·ters
Woordherkomst en -opbouw
- haaroprichter met uitgang -s
Zelfstandig naamwoord
de haaroprichters mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord haaroprichter
- ▸ De haaroprichters trekken niet alleen samen bij bovengenoemde emoties, maar ook bij afkoeling van het lichaamsoppervlak.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'haaroprichters' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Het uitdrukken van emoties bij mens en dier” (2009), Uitgeverij Nieuwezijds, Amsterdam, ISBN 9789057122750, p. 102