gemarineerde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·ma·ri·neer·de

Bijvoeglijk naamwoord

gemarineerde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van gemarineerd
     Ze aten gemarineerde Oostzeeharing met nieuwe aardappels en boter, waarschijnlijk illegale boter.[1]

Werkwoord

vervoeging van: marineren…
verbogen vorm: gemarineerdee

gemarineerde

  1. verbogen vorm van gemarineerd, voltooid deelwoord van marineren

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044628142