fixt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- fixt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
fixen |
fixt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fixen
- Jij fixt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fixen
- Hij fixt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van fixen
- Fixt!
Gangbaarheid
- Het woord fixt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.