fisje

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fis·je

Zelfstandig naamwoord

het fisje o

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord fis
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=fisje&oldid=2725243"