fevert

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fe·vert

Werkwoord

vervoeging van
feveren

fevert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van feveren
    • Jij fevert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van feveren
    • Hij fevert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van feveren
    • Fevert! 

Gangbaarheid