enthousiasmeert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- en·thou·si·as·meert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
enthousiasmeren |
enthousiasmeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van enthousiasmeren
- Jij enthousiasmeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van enthousiasmeren
- Hij enthousiasmeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van enthousiasmeren
- Enthousiasmeert!