dialyseert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: dialyseert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- di·a·ly·seert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
dialyseren |
dialyseert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dialyseren
- Jij dialyseert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dialyseren
- Hij dialyseert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van dialyseren
- Dialyseert!