deodoriseert

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • de·o·do·ri·seert

Werkwoord

vervoeging van
deodoriseren

deodoriseert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van deodoriseren
    • Jij deodoriseert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van deodoriseren
    • Hij deodoriseert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van deodoriseren
    • Deodoriseert!