dallen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dal·len

Zelfstandig naamwoord

de dallenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord dal
Verwante begrippen


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
dallar

dallen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van dallar
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van dallar