déchire

Uit WikiWoordenboek

Frans

Werkwoord

vervoeging van
déchirer

déchire

  1. eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van déchirer
  2. eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van déchirer
  3. tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van déchirer