catalogiseert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ca·ta·lo·gi·seert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
catalogiseren |
catalogiseert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van catalogiseren
- Jij catalogiseert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van catalogiseren
- Hij catalogiseert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van catalogiseren
- Catalogiseert!