brouwde bier
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- brouw·de bier
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bierbrouwen |
brouwde (...) bier
- enkelvoud verleden tijd van bierbrouwen
- Ik brouwde bier.
- Jij brouwde bier.
- Hij, zij, het brouwde bier.
- Ik brouwde bier.
Gangbaarheid
- Het woord brouwde bier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.