Naar inhoud springen

bramen

Uit WikiWoordenboek
  • bra·men

de bramenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord braam

bramen

  1. overgankelijk een scherpe rand of oppervlak ontdoen van uitstekende oneffenheden
    • Het leger reinigde en braamde oppervlakken van metalen, met name schepen en duikboten. 
99 % van de Nederlanders;
91 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


vervoeging van
bramar

bramen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van bramar
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van bramar