boerenzegswijzen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • boe·ren·zegs·wij·zen
Woordherkomst en -opbouw
  • boerenzegswijs met uitgang -en, waarbij de slotmedeklinker weer stemhebbend wordt

Zelfstandig naamwoord

de boerenzegswijzenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord boerenzegswijs
  2. meervoud van het zelfstandig naamwoord boerenzegswijze
     Ruurd had haar het verhaal gegeven en Sjoukje kleedde het aan. Daarvoor putte ze uit materiaal dat ze had gevonden in beschrijvingen van het boerenleven, Friese volksgebruiken, boerenzegswijzen en gewoontes van het platteland die ze had verzameld uit kranten en tijdschriften.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 2 maart 2024 Weblink bron
    A. Holtrop
    “Nynke van Hichtum. Leven en wereld van Sjoukje Bokma de Boer 1860-1939”, proefschrift (2005), Contact, Amsterdam, p. 517