bliksemt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • blik·semt

Werkwoord

vervoeging van
bliksemen

bliksemt

  1. onpersoonlijke tegenwoordige tijd van bliksemen
vervoeging van
bliksemen

bliksemt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bliksemen
    • Jij bliksemt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bliksemen
    • Hij bliksemt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van bliksemen
    • Bliksemt!