bifasisch
Uiterlijk
- bi·fa·sisch
| stellend | |
|---|---|
| onverbogen | bifasisch |
| verbogen | bifasische |
bifasisch
- (medisch) met een verloop waarin twee perioden worden onderscheiden
- ▸ De hartslagrespons is vaak bifasisch: na onverwachte stimuli verandert de hartslagvertraging meestal in versnelling (…).[1]
- Het woord 'bifasisch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑
Weblink bron Nico Frijda“De emoties. Een overzicht van onderzoek en theorie.”, 6e druk (2005), Bert Bakker, Amsterdam, ISBN 9035127277, p. 157
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Voorvoegsel bi- in het Nederlands
- Achtervoegsel -isch in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal