bevlekten
Uiterlijk
- be·vlek·ten
vervoeging van |
---|
bevlekken |
bevlekten
- meervoud verleden tijd van bevlekken
- Wij bevlekten.
- Jullie bevlekten.
- Zij bevlekten.
- Wij bevlekten.
- Het woord bevlekten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.