bessere
Uiterlijk
Niet te verwarren met: Bessere |
- bes·se·re
(mir) bessere
- zwakke verbuiging eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bessere
(dihr) bessere
- zwakke verbuiging tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bessere (regionaal verschillend)
(ihr) bessere
- zwakke verbuiging tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bessere (regionaal verschillend)
(nihr) bessere
- zwakke verbuiging tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bessere (regionaal verschillend)
(sie) bessere
- zwakke verbuiging derde persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bessere