beschuldigende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·schul·di·gen·de
Werkwoord
vervoeging van: | beschuldigen |
beschuldigende
- verbogen vorm van beschuldigend, het onvoltooid deelwoord van beschuldigen
Bijvoeglijk naamwoord
beschuldigende
- verbogen vorm van de stellende trap van beschuldigend