beprijs
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·prijs
Werkwoord
vervoeging van |
---|
beprijzen |
beprijs
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beprijzen
- Ik beprijs.
- gebiedende wijs van beprijzen
- Beprijs!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beprijzen
- Beprijs je?
Gangbaarheid
- Het woord beprijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.