automutileerden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • au·to·mu·ti·leer·den

Werkwoord

vervoeging van
automutileren

automutileerden

  1. meervoud verleden tijd van automutileren
    • Wij automutileerden. 
    • Jullie automutileerden. 
    • Zij automutileerden.