aufbauschst

Uit WikiWoordenboek

Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • auf·bauschst
Woordherkomst en -opbouw
  • Duitse werkwoordsvorm met het voorvoegsel auf-

Werkwoord

aufbauschst

  1. bijzinvorm tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van aufbauschen