afrikaniseerde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • afri·ka·ni·seer·de

Werkwoord

vervoeging van
afrikaniseren

afrikaniseerde

  1. enkelvoud verleden tijd van afrikaniseren
    • Ik afrikaniseerde. 
    • Jij afrikaniseerde. 
    • Hij, zij, het afrikaniseerde.